by Ivn2122
-
ivn2122 681 plays | All rights reserved
Het gebied tussen de Waal en de Linge bestaat uit komgronden. Tot de aanleg van dijken in de dertiende en veertiende eeuw, overstroomden de rivieren regelmatig het tussenliggende land. Vlak langs de rivieren zonken de grove zanddeeltjes naar de bodem en ontstonden er stroomruggen. Verder van de rivier in de lagere delen, zakte ook de fijnere rivierklei naar de bodem. Zo ontstonden de komgronden. De kleibodem was heel moeilijk te bewerken en zo dicht van structuur dat zij bijna geen water doorliet. Na de aanleg van dijken bleef het nog steeds drassig. De ontwatering van het gebied werd rond 1800 grondig aangepakt met de bouw van de poldermolen.